DAGBOEK Gouden Pijl 2016

Een dag voor de Pijl wandel ik door Emmen en praat met enkele mensen over fietsen. Ik luister en noteer. Het is de tijd van e-bikes. We zien in de krant reclames voor dit type fietsen voorbijkomen met Joop Zoetemelk en televisiedier Anita Witzier. Voor reclames voor zadelpenmotortjes lijkt het nog wat te vroeg. Het is de tijd van Olympische Spelen, de Gouden Pijl zit ingeklemd tussen de wegwedstrijd en de tijdrit als een deur in een klemmende sponning. Zou Bauke Mollema op tijd terug zijn uit Rio? Het zijn ook spannende tijden voor het Gouden Pijl-bestuur met voorzitter Roelie – we houden niet van vergaderen – Lubbers. In een interview met het Dagblad van het Noorden vertelt ze: “Ik doe het nu sinds 2010. Het is echt leuk om naast mijn baan te doen. Ik houd van leuke evenementen organiseren en laat me niet leiden door enige wielerkennis, haha. Ik vind het juist goed dat niet het hele bestuur uit wielermensen bestaat.”
2016. Het is de tijd van een achttienjarige amateur die in Neuss (Duitsland) een criterium wint voor profi’s als Fränk Schleck, Emanuel Buchmann en Nikias Arndt. Gert Jakobs zegt hierover: “Die drie profs die daar aan de leiding reden, waren een stel klunzen. Zij hadden in de laatste tien rondes de gashendel moeten opendraaien, zodat die jongen er nooit bij kon komen. Ik vind het mooi dat die jongen wint, maar in onze tijd was dat nooit gebeurd.”
Terug naar Mollema, Ik heb iets met Mollema. Zoals Mollema vroeger van Zuidhorn naar Groningen fietste, reed ik van Kollum naar Dokkum. Zoals Mollema quasi argeloos volwassen kerels voorbij jakkerde, twee vingers in de neus, zo probeerden wij (eind jaren zestig, op het traject Kollum – Dokkum) de aftandse Harley van biologieleraar Germs bij te houden en (in mijn verbeelding) in te halen. En zo probeer ik nu als zestigplusser met losse handen twintigers fietsend in de stad voor te blijven. In de Tour heeft Mollema al aangegeven graag in de GP te rijden. Hij wordt dé publiekstrekker op negen augustus in Emmen. Tot zijn val in de Tour is hij de grote uitdager van winnaar Christopher Froome (waar was Froome trouwens zonder zijn helpers in de Olympische Spelen?)(*) Uiteindelijk wordt Mollema 11e in Parijs. Koersdirecteur Anne Knol: “Noordelijke renners mogen altijd bij ons starten.” Na contacten met Managementbureau Cycling Service, dat de contracten regelt, wordt duidelijk wie nog meer in Emmen komen rijden. Na de valpartij van Mollema had de Groningse hoogleraar Bert Otten gesuggereerd dat een slipcursus en een lesje in herkenning van gladde stukken asfalt geen slechte zaak zou zijn voor ‘de noordelijke berggeit’. Volgens Mollema is dat overbodig. “Een slipcursus, wat moet ik daar nou mee? We gaan straks eerst naar Rio en daarna gaan we evalueren wat er goed en fout is gegaan in deze Tour, al is dat laatste wel duidelijk denk ik.”
Toch denk ik dat een wetenschappelijke benadering van technische vaardigheden (in grote vaart van een helling afdalen, bochten rijden, vallen) nut kan hebben in de wielersport. De aanpak van dit soort vaardigheden is nog een ondergeschoven kindje in de wielrennerij. Vergelijk het eens met de wetenschappelijke aanpak van de materialen: pakken, helmen, fietsen worden met de grootst mogelijke precisie gefabriceerd en aangepast na steeds opnieuw testen en opnieuw onderzoeken in laboratoriumachtige opstellingen, door wetenschappers. Te vaak worden allerlei verantwoordelijkheden in de wielrennerij op het bord gelegd van ploegleiders, heel vaak renners die in die positie worden gemanoeuvreerd, zonder adequate scholing en voorbereiding. Was het niet Co Adriaanse die over het gemis aan kwaliteiten bij ex-profvoetballers die trainer wilden worden al zei: een goed paard maakt nog geen goede ruiter? Nog wat Mollema-nieuws: Bauke gaat in Monaco wonen (maar waarom zou hij dat nou doen?) en fietst met Froome en Weening in Surhuisterveen. Mooi dat Greipel (winnaar slotetappe Tour de France met als bijnamen ‘de gorilla’, sprintkanon, topsprinter), er in Emmen bij is.

Aan tafel bij de middagetappe bespreken we de relatie sport en commercie. Dat de Rabobank de Gouden Pijl sponsort: dikke prima. Maar een middelbare school die een voetbalclub subsidieert : no way, daar zijn mijn tafelgenoten het over eens. De bank zegt zelfs trots te zijn om tussen de krant en de gemeente te staan als hoofdsponsor. Kijk, denk ik, dan doe je het als GP-organisatie goed, als je sponsoren het zo zeggen.
Rob Harmeling wordt door dagvoorzitter Henk ten Oever geïnterviewd over winnen en over de mythe van wielrennen en meer specifiek: criteriums. Als ik zijn verhaal beluister moet ik weer aan wat ik noem de mythe van de GP denken. “Elke periode kent zijn geheimen. In mijn periode was het zo dat de Tourwinnaar ook de criteriums moest winnen en niet een lokale renner. Er werden afspraken gemaakt, slagen genoemd. Soms waren er wel vier of vijf slagen. Wielrenners raakten ervan in de war. Wielrennen is een mix van vertrouwen en wantrouwen. Wielrennen is een spiegel van het leven, sport liegt niet en is keihard. In het bedrijfsleven gaat het er zachter aan toe. Wat levert ons kikkerlandje de laatste tijden een kwaliteit aan fietsers. Vergelijk dat eens met Frankrijk dat na Hinault eigenlijk niks meer heeft gehad.”
Peter Ouwerkerk, journalist en sportschrijver, noemt wielrennen: “Straattheater, opera, ballet, kunst, literatuur. Wielrennen staat gelijk aan veel verhalen, waarin fictie, factie en frictie door elkaar lopen.” Hij toont een foto waarop prominenten als Relus ter Beek gebroederlijk naast Ruud Lubbers aan de Gouden Pijl-start staan. Those were the days.
Renate Groenewold vertelt dat voor € 15.000.000,- het WK wielrennen in 2020 naar Drenthe en Groningen kan komen. “Als er voldoende fondsen van overheid en bedrijven bij elkaar geharkt kunnen worden, wordt er in december 2016 een bidbook aangeboden bij de UCI. De provincies Drenthe en Groningen en de gemeenten Emmen, Assen en Groningen doen mee. Als het breder getrokken kan worden, met meer bedrijven en meer evenementen erbij, waarom zou het dan niet lukken?”
Terug naar de Gouden Pijl. Wat maakt de Gouden Pijl de Gouden Pijl? Ik ga het vragen aan een vijftiental ervaringsdeskundigen. Jolanda de Vries: “De GP heeft een plekje in mijn hart. Mijn vader stuurde indertijd een werkgroep bij de GP aan, samen met Peter van Putten. Als kind heb ik van alles voor de Pijl gedaan en ik liep stage bij de Emmer Courant. Nu zijn we sponsor en ik ben een wielerliefhebber.” Mariële de Wind: “Ik woon in Emmen en ben hier met een vriendin. We komen voor de gezelligheid en de leuke sfeer.” Mevr. A. Pleiter: “We wonen nog niet zo lang in Emmen. We gaan met vrienden de stad in. Mijn man is een verwoed fietser en ik vind het altijd leuk met hem mee te gaan, wielrenners ken ik niet, het is gewoon gezellig.” José Koster: “Ik werd uitgenodigd door deze meneer naast mij, Peter Koster en mijn werkgever Mieke Prins, ik ben intercedent bij een uitzendbureau. Wat de Pijl oplevert? Nieuwe netwerken, we zijn een jong bedrijf en we zijn op zoek naar een nieuw publiek en nieuwe klanten.” Lisa Pintus: “Ik ben hier met mijn beste vriendin. De GP is een feest met vrienden, het is gezellig en we houden van de livemuziek. Bauke Mollema gaat winnen, hoor.” Hassna Benimalek: “Ik werk bij WildLands en ben hier op uitnodiging van de bank. Het is voor mij de eerste keer. Het is een mooi evenement, maar een echte relatie met wielrennen heb ik niet, het is bij uitstek een gelegenheid om te netwerken.” Daniëlle Hugen: “Wij zijn sponsor van de Pijl. Het is prachtig de sport zo van dichtbij mee te maken. Bauke Mollema gaat winnen want die heeft hier nog niet gewonnen. Waarom hij naar Monaco is verhuisd? Vanwege het lekkere weer en de fiscale voordelen?” Johanna Kelder: “Samen met mijn man Jans (die in zijn vrije tijd landgeiten fokt) zijn we voor de eerste keer bij de GP. Ik ben gepensioneerd gymlerares. Ooit waren we ook een keer bij een criterium in Boxmeer, ik volg het wielrennen in de Tour de France wel hoor.” Kim de Vries: “De GP is een heel goede plek om mensen te spreken en te genieten van de renners die in Emmen een fantastische wedstrijd laten zien. Emmen wordt zo goed naar buiten gebracht. Mijn favorieten zijn Kjeld Nuis en Bauke Mollema. Geraldine Otter: “We zijn hier op uitnodiging van onze bank. Volgende week komen we, vanuit Sleen, in Emmen wonen. Mijn man is fotograaf. De GP is erg leuk, ook mooi vanwege de link Olympische Spelen en wielrennen. Nu zie ik van dichtbij hoe hard ze eigenlijk gaan. Het is leuk erbij te zijn, het zakelijke is niet direct de insteek.” Rosa Kuilder: “Ik heb twintig jaar in Emmen gewoond, nu woon ik in Groningen en ik kom elk jaar naar de GP. Ik heb geen zakelijke relatie met de Pijl, maar mijn vader had die wel gedurende zestien jaar. Ik heb het altijd al leuk gevonden en sinds een jaar ben ik zelf wielrenner, ik maak tochtjes van 40 à 50 kilometer en haal dan zo’n 25 km/u. O ja, en ik was negen jaar geleden zelf rondemiss!” Steintje Hamstra: “De laatste tijd lees ik veel over het verschijnsel ‘Mamilf’(**) en ik wil nu weleens in het echt de jongere variant van deze mannensoort zien.” Heleen Klein: “Mijn man kreeg een uitnodiging voor de Pijl via zijn werk in Tynaarlo, ik ben hier dus via via. Het is voor mij de eerste keer. Leuk om Bauke te zien.”
Rondemissen Ellen Boskma en Dagmar von Pickartz Ik vraag hun of het niet eens tijd wordt om, net als in 2009, naast een rondemiss een rondemister aan te stellen: “Goed idee, leuk voor het jubileum volgend jaar. We hebben weleens gehoord van misterverkiezingen, jongens zouden het waarschijnlijk leuk vinden. Het is traditie dat Miss Emmen rondemiss bij de Gouden Pijl is. Het is één van de leukste dingen die verbonden zijn aan het rondemiss zijn. Je bent dan een jaar lang verantwoordelijk voor allerlei activiteiten in Emmen en na een jaar is er weer een ander. Ja, een rondemister: goed plan.” Zo, nu hoort u het ook eens van iemand anders. Begin 2017, bij de vrouwenwedstrijd van de Amstel Gold Race worden ook rondemisters ingezet . Uit 15.000 aanmeldingen worden twee rondemisters geselecteerd. Aan de voorwaarde dat ze moeten meefietsen in de toerversie van de AG-Race hebben ze voldaan. Bruno Bobbink en Ingo Douwma krijgen de gelegenheid en de eer winnaars Anna van der Breggen, Puck Moonen en Ellen van Dijk op het podium te kussen. Maar laten we vooral niet vergeten dat in de Gouden Pijl van 2009 ook een rondemister actief was: Miroslav Koncalovic.
Hé, daar is Bauke Mollema: “Bauke, waarom bent u naar Monaco geëmigreerd?” Na de lange sessie met RTV-Drenthe maakt hij het nu wat korter: “Waarom niet? Ik moet toch ergens wonen, hè?” Mollema, een voorbeeld van verfijnde nuchterheid. Zou me niks verbazen als hij Touretappes gaat winnen.
(*)In de wegwedstrijd op de Olympische Spelen in Rio de Janeiro wordt Froome twaalfde, op bijna 3 minuten van winnaar Greg Van Avermaet. Vier dagen later rijdt Froome als een van de favorieten de individuele tijdrit. Hier behaalt hij, net als in 2012, de bronzen medaille. Hij eindigt één minuut en twee seconden achter winnaar Fabian Cancellara en vijftien seconden achter de nummer twee Tom Dumoulin.

(**)Middle Aged Men In Licra Fibres