Muziek- en straattheater lopen in elkaar over als ingrediënten op de pizza Frutti di mare. Metaliger dan ik hoopte schalt Rieus microfoonstem door de warme straten van Maastricht. Vaste prik de eerste drie weekeinden van juli. Chanel nr 5 mengt zich met verdampende exquise shoarmageuren. De straat trilt; mergelresten laten los tussen de straatkeien als tandsteen in kloosterlingenmonden. Hagedissen, vleermuizen, doorgesnoven kapelaans en toeristische nachtbrakers schrikken nergens meer van. Na een lang fietsritje janken en knagen mijn bovenbeenspieren als ongesmeerde scharnieren in een roestige kapeldeur. Lekker gevoel, zegt de masochist in mij. Na 350 km fietsen voelen mijn billen als na een dagje proefliggen op een spijkerbed. Rug, schouders en armen zijn onderdelen van een lappenpop die op zachte, met babyolie ingevette verstellershanden wachten. Het Restless-legs-syndrome verspreidt zich over mijn hele lijf als covid in een volle lift met PWC-examenfraudeurs, met uitzondering van mijn verdoofde scrotum en pielemuis.
Ik zie een kier onder het scherm dat Rieus sprookjesmuziekwereld afschermt van Maastrichts aangeveegde nachtleven. Even liggen, denk ik. Het Hallelujah begint. Nee, niet dat van Leonard Cohen maar de evenknie van Händel. De muziek klettert troostend tegen de muren als regen na een droge zomer. Goosebumps all over. Fietsmaat Poga kijkt rond. De quasi-muzikale eenvoud, de grandeur, de toegankelijkheid, het gezwollene, de pracht, het antieke, maakt van Rieu een look-alike van leeftijdgenoot Springsteen. Alleen heeft Rieu hoorbaar de muziekschool wel afgemaakt en oogt hij topfit.
Terwijl ik vanaf de openbare weg een filmpje maak blokkeren grote mannenschoenen het zicht. Het wordt een spelletje. Verderop zie ik wijd uitstaande rode jurken. Fluit spelende meiden hebben iets met de verkleedkist op zolder, zie ik bij Rieu. ‘Hallo, hallo,’ hoor ik een brute kenaustem naar me bassen. Haar lijf in een zwart te nauw Kamala Harris-pak. Speekselbelletjes in de mondhoeken. Scherpe hoektanden. Rimpels in het voorhoofd als meanderende beekjes op een fietskaart van Routeplanner. Weggeschoren en buiten de lijntjes ingekleurde wenkbrauwen. Op de revers een Steward-Maastricht speldje met een gestileerd harplogo. Ik houd van rechtdoorzeeë vrouwen maar deze maat is me te groot. Ik stel een eenvoudige vraag waar geslotenvragenkoningen en –(kroon)prinsen van de NOS een puntje aan kunnen zuigen. Maastrichts straattheater. Wat hebben we een plezier.