JOURNAAL week 51

ZATERDAG Met de NS naar Amsterdam en Utrecht. In volle maar rustige coupés lees ik ‘Suikerbeest’ van Daanje uit. In Buitenveldert waart de geest van Joop den Uyl sterker dan het internet dat hapert als de voorhoede van AJAX tegen AZ. Als we dreigen veel te laat aan te komen bij onze Amsterdamse vrienden schiet ik een vertrekkende auto aan en leg de chauffeur onze situatie uit. ‘Natuurlijk, ik breng u even.’ Als vluchtende HUNTED-deelnemers rijden we mee. ‘020, we love you.’

ZONDAG Frisse ochtendlucht tank ik, fietsend met de SpaakMasters, het wordt 62 kms naar Doezum & Lutjegast. Ondertussen bereidt Stad zich voor op de 3e dag Winterwelvaart. Wat in Bourtange en Muntendam een kerstmarkt heet, heet in Stad WinterWelvaart. Een mix van muziek, Glühwein, beeldende kunst, hamburgers, vuurkorven, uitbundig licht en dichte drommen bezoekersstromen. De A-brug is even het Eiffeltoren-plein waar pics en selfies worden gemaakt met het tempo van een Kalashnikov in Damascus. Op de achtergrond wulps verlichte schuiten waarvan de schippers blij zijn dat handhaving van regelgeving tegen oppervlaktewatervervuiling ontbreekt als fatsoen in de PVV. Ik verlaat me op wethouder Wijnja.

MAANDAG Met vier personen ruimen we WinterWelvaart-materialen op. Vuurvaten, restanten brandhout, activiteitenzuilen, ijzeren hekwerken, richtingsborden worden op platte karren voortgetrokken door 68-jarige mannetjesputters en bij het museum gedeponeerd. De ploegspirit is en blijft goed als het weer. Ik mag rijden in een vette Mercedes-bus om de spullen naar een boerenschuur buiten Stad te brengen. 

DINSDAG Uit Koers 2’ van Frank Heinen leest als een trein. Prachtverhalen over 75 op een zijspoor geraakt renners, waaronder een handvol vrouwen. 350 pagina’s brengen me naar namen die klinken als Mahé, Marvingt, Tuft en Gwiazdowski. De ‘vergetenste’ mens achter de fietser achter de verliezer gaat leven. Deviant gedrag en een gederailleerd leven, volgend op gestroomlijnde fietscarrières eindigen in drugs, ziekte, verval, oplichting, verslaving, gekte en bedrog. Zorgvuldig, liefdevol, uitgebreid beschreven. In mijn eerste druk nog zonder register.

WOENSDAG Als een profvoetballer bereid ik me voor op het Grootkoorconcert vanavond. Lig wat op de bank, eet en drink lekkere kerstversnaperingen, probeer milde gedachten te krijgen over hedonisten die uit skiën gaan op opgespoten witte neopreenstroken, en te leren van Rutger Bregmans ‘Morele ambitie’, denk na over consuminderen, de heikele aspecten van het woord genocide en de nare trekjes van de joodse lobby, voor argeloze velen gelijk aan het vriendelijk klinkende begrip ‘joods-christelijke traditie’. En wat hebben we lekker gezongen in een afgeladen Martinikerk.

JOURNAAL week 45

ZONDAGMORGEN Wat aarzelend vraag ik in de tweeminutenpauze halverwege Groningen en Uiterburen, tussen Noord- en Zuidbroek de fietsmaten van SpaakMasters of ze een ticket willen voor het kerstconcert van GrootKoor Groningen op 18 december. Yesss, beet, de verkoop is begonnen.

ZONDAGMIDDAG We bezoeken de expositieopening van twee Ploegkunstenaars in Watertoren West (Groningen): Silvia Benniks en Lydia Jonkman. Beiden beheersen de schildertechniek tot in de puntjes, zij het vanuit een andere werkmodus. Bij Lydia zien we veel vrolijke koeien in dito (Italiaanse) landschappen; bij Sylvia realistisch figuratief werk met surreële ondertonen. Felle kleuren. Beide Ploegers schrikken er niet voor terug een extra dimensie op het doek aan te brengen: Sylvia met extra papierlaagjes en Lydia met sieraden voor mevrouw koe. We zien zelfs diamantjes in de ogen.

MAANDAG Ter voorbereiding op de ‘kurzes conversoatsie’ in februari lees ik wat in Winterbouk (soamensteller Fré Schreiber, in een oploage van 200 stuks) en ’n Wereldtoal’ van Gerrit Wassing. Onbekende woorden zoek ik op in de woordenboekbijbel Ter Loan (de arme man wrochtte weliswaar een dik woordenboek Gronings-Nederlands maar vergat de afdeling Nederlands – Gronings). Mooiste woorden tot nu toe: ‘dingeraaiskes’ (dingetjes), ‘schaaidendailen’ (verdelen), palternaksie (hoopje, rommel) en ‘lutje potje’ (klein kind).

DINSDAG Verhalen willen dat Vincent van Gogh onvergetelijke tijden heeft doorgebracht in Noord-Nederland. In zijn Ubbo Emmius-lezing op 25 september vertelde Blühm dat Van Goghs totale schilderwerk per kruiwagen naar het toenmalige Groninger Museum werd vervoerd. In 1896 waren maar liefst 128 werken van hem in Groningen te zien. Hoe karig steekt Drenthe hierbij af. Van Gogh was heel even in Zuid-Drenthe. In het museum te Nieuw Amsterdam/Veenoord de (minieme) resten. Met een aan waarschijnlijkheid grenzende onzekerheid dronk hij koffie in Sleen. Neerlandicus/amateurhistoricus met specialisaties Rise and Fall van het katholicisme en Van Gogh, T.L.M. (voor intimi Ted) Schilder, speelt een schrijvende Vincent voor het kerkje te Aalden. Meer dan 500 bezoekers luisteren naar zijn duidelijke, door schapen ondersteunde en feeëriek uitgelichte voordracht: de hoofact van het spektakel.

WOENSDAG Mijn aan het begin van het jaar gestelde fietsdoel, 20 kms per dag, is in de pocket. Kilometervreter Rob, die uit Oring komt fietsen, ontmoet ik in Gieten en samen pedaleren we Groningenwaarts. Onderweg bespreken we wereldproblemen en onze bewondering voor powervrouwen Kammala, Carola, Sigrid, Femke en -man Koen. We verketteren boeren die wel elk weekend naar Agri-beurzen dieselen om steeds zwaardere en duurdere, fiks door de EU gesubsidieerde, tractoren te kopen maar vergeten kleiresten van fietspaden te verwijderen na de bietenoogst. We aarzelen over de vraag of en hoeveel uni’s kunnen bezuinigen en waarom in hemelsnaam in elke stad Frans, Duits, Monegaskische planologie, Vaticaanse bedrijfskunde, Retoromaans en Slavische letteren gestudeerd zou moeten kunnen worden.

JOURNAAL, week 43

Van Warmerdam

ZONDAG Belvédère, Oranjewoud. Zoals verwaarloosde beuken naar bokashi hunkeren zo hebben wij zin in

Schatz

cultuurshotjes. Combinaties met Friesland hebben een pre. Belvédère is een favo museum: schitterend gelegen in een parkachtig landschap met wildebloemenweides, waterpartijen, bomen en buitenkunst. Mooie architectuur. Klein van opzet. In een uurtje zie je alles. Een gevarieerde, inspirerende collectie. Figuratief naast abstract. Uitbundig naast ingetogen. Benner naast Mankes naast Hansen. Prachtige (zelf)portretten. En een bijzondere verkoopafdeling: zo’n vijftig werken aan de wand. Interesse? Dan een mail naar de maker, die een prijs noemt. Nog nooit eerder gezien in een museum.

S. de Vries

MAANDAG Heb je tijd over en wil je wat betekenen voor iemand van buiten Nederland, dan heb je in Groningen minimaal drie kansen: My Local Friend, Buddy to Buddy en Humanitas. Ik ken alle drie. Via My Local Friend werd ik drie jaar geleden gekoppeld aan een Sloveense student medicijnen die Nederlands wil leren. De organisatie nodigde me in drie jaar twee keer uit voor een bijpraatsessie. Buddy to Buddy zet zich in voor vluchtelingen. Je verbindt je gedurende minimaal vier maanden aan de organisatie, hebt wekelijks contact met een vluchteling en volgt negen (!) groepsbijeenkomsten. Ook verwacht BtB dat je een maandelijkse financiële bijdrage stort om de oprichting van een landelijke stichting mogelijk te maken. Humanitas verbindt (naast vele andere activiteiten) statushouders met taalmaatjes, die eens per week contact hebben. Mijn idee is dat My Local Friend vooral voor studenten bemiddelt, Buddy to Buddy voor jongeren en Humanitas voor jong en oud.

WOENSDAG Het Planetarium van Eise Eisinga (1744 – 1828) was nog een blinde vlek. En dat terwijl ik ooit in Franeker werkte (aan C.S.G. Anna Maria van Schurman). Vol verbazing en bewondering kijken we naar het stuk huisvlijt. Eisinga was een genie. Een multitalent, hij was ook een wolkam- en wolverfspecialist. Omdat een imbeciele godsdienstfanaat, een dominee uit Bozum, het einde der tijden voorspelde vanwege een vermoede planetenclash, dacht de jonge Eise: laat ik eens bewijzen dat dat onmogelijk is en bouwde aan het woonkamerplafond een installatie die de werking van de planeten toont. Eise is ook een activist, hij verzet zich tegen prinsgezinden, wordt veroordeeld, gevangen gezet en voor vijf jaar verbannen. Hij doet me denken aan tijdgenoot Salomon Levy (1750 – 1798), een vrijheidsstrijder die zijn vrijheidsdrang met de dood moet bekopen. Ik lees dat een naamgenoot, Cornelis Jacobs van der Meulen, een collega-planetariumbouwer van Eise is. Ik noem ‘m alvast omke Knillis.

DONDERDAG De première in Forum van The Apprentice, over de beginjaren van Trump is redelijk bezocht. Na afloop vallen adjectieven als villein, ijdel, zelfingenomen, vals, agressief, egoïstisch, plat, narcistisch over elkaar heen. Het is een film over een kapitalist die over lijken gaat in een zwak bestuurde maatschappij. En een film over chantabele bestuurders met ruggengraten als weke bananen & vriendschap die geen vriendschap is. We herkennen de echte Trump en vragen ons af of deze film Kamala Harris in het zadel zal helpen of juist niet. De mooiste rol is wellicht die van advocaat Roy Cohn. Fascinerend.

VRIJDAG De duiventil van camping Pieterom in Sleen, die ik zo’n 20 jaar geleden bouwde met hulp van zoons I en II is aan groot onderhoud toe. Tussen 2010 en 2023 kwam er van onderhoud helaas niets. Ik ga Yvonne en Thomas voorjaar 2025 assisteren. Zo probeer ik bij te dragen aan de sierduivenstand. Duiven horen bij dorpen en steden als regiotalen, kaasverkopers, fatbikes, ijssalons, rochelende junks en draaiorgels in winkelstraten. Ik compenseer mijn diepe schaamte voor de door velen in stad Groningen aanvaarde passief-agressieve acties tegen duiven: het mengen van anticonceptionele supplementen aan duivenvoer. Valse voorwendselen als zouden er teveel duiven zijn argumenteren het dierenleed.

JOURNAAL week 41

ZONDAG Lekker stoempen, sleuren en sjorren met de Spaak-matties. Ik ga een paar keer tot nabij mijn max. Mijn bovenbenen zeggen ja, maar mijn hart en longen vloeken en tieren. Ik ga mijn trainingsintensiteit veranderen. Doordeweeks twee keer 40 kms fietsen op mijn 16,7 kg zware Sensa Livigno Evo en dan op zondag 60 op Giant TCR die maar 9,6 kg weegt. Ik verbaas me over verhalen van road-captain/economieprofessor die vertelt op de uni veel tijd kwijt te zijn aan effecten van aangekondigde bezuinigingen op onderwijs. Huh, onder werktijd vakbondsvraagstukken oplossen? Ik was lang bestuurslid van onderwijsvakbond ABOP. Onze directeur, zelfs vakbondsman in hart, hoofd en nieren, gaf ons alle ruimte, tot het organiseren van een conferentie over vredesonderwijs aan toe. Maar wel buiten schooltijd.

MAANDAG Flauberts ‘Madame Bovary’ herlezen. De eerste keer was ik 28, zie ik voorin het boek. ‘Voor Inge, mijn eigenste Madame Bovary’ schreef ik met een romantisch handschrift. Waarschijnlijk voordat ik het boek had gelezen. Want wat sterft ons madammeke smartelijk en groots en dramatisch. Wat een heerlijk boek.

DINSDAG De producer van het Luthers Bach Ensemble matcht trombonist Matthijs van der Molen, van 9 – 11 oktober aan ons. Onze studio ligt goed voor musici. Het LBE vraagt of we Adrián Rodríguez van der Spoel ook onderdak kunnen bieden. En dan op vrijdag naar ‘Lugar Amor’, een ontdekkingsreis door Spaans-Amerikaanse barok.

WOENSDAG Onze buurtvereniging organiseert voor de derde keer een geveltuinwedstrijd, met als inzet het felbegeerde gouden schepje. Uitreiker is dit jaar Dick Jager, hoofd van The Green Office van de RUG. Eerder hadden we Jean Pierre Rawie en Ynte de Groot. Onze vereniging heeft doelstellingen als verduurzaming, het tegengaan van hittestress, reguleren van regenwater, kortom het vergroenen van de stad, hoog in het vaandel staan. Graficus Han Santing verzorgde voor de derde keer de flyer/poster.

DONDERDAG Forum is hét centrum voor studie en cultuur. Studenten lijken permanent alle studieplekken te gebruiken en wij laven ons aan exposities en films. Deze week de tentoonstelling over Donald Trump en zijn zakelijke parafernalia, ingebed in een foto-expositie van Andres Serrano, die we nog kennen van de plassekstfoto uit 1997. Daarnaast de ‘Wildlife Photographer of the Year’ foto’s, een zeer fraaie verzameling van interessante natuurfenomenen, die verder gaan dan wat Attenborough-films plegen te bieden. De film SONS, in de Volkskrant met vier sterren beoordeeld, is weliswaar spannend, maar bevat ook aan handvol situaties die niet worden geschraagd door realistische gevangenisprotocollen. Twee sterren, vooruit.

VRIJDAG In de Akerk het concert Lugar Amor, Spaans-Amerikaanse barokmuziek. Kenden we nog niet. Liefhebbers van wonderschone kleinkoorzang komen aan hun trekken. Liefhebbers van interessante teksten liepen beter een hoekje om; gemotiveerde close-readers lopen vast in een dikke devote tekstbrij. Maar verder, werkelijk prachtig dit concert, met een viertal uitmuntende blazers die beurtelings leiden en ondersteunen als ceo’s in het topsegment van bedrijven. Aan het eind komt de klapper met ‘Gozos a Nuestra Señora de la Antigua’. Het koor zingt uit het hoofd en het plezier spat om zich heen als kwaliteitsverf van een nieuwe roller. Maestro Van der Spoel speelt subliem gitaar en duetteert met Claudia Velez op violone, een soort contrabas. Zangers spannen hun stembanden en lachspieren aan en er ontstaat een vrolijke, ritmische boel, je zou het haast jazzy en swingend kunnen noemen; in Spaanse verten hoor je castagnetten, klikklakkende dansers en tamboerijnen. Goed dat het klinkt!.

JOURNAAL week 39

ZONDAG: Het wordt een vol dagje. Vaste prik: eerst wat schrijven, nu voor www.a-kwartier.nl, over onze World-Cleanup-Day-actie. Waar we als buurtvereniging vooral trots op zijn is het grote aandeel van studenten. Via Albertus Magnus en The Green Office, sluiten ze aan. Natuurlijk, rommel opvissen uit het water blijft een soort van papiertjes prikken in het park. De waterkwaliteit in se blijft door veel gebruik van pesticiden, chemische fabriekslozingen en op oppervlakte geloosd zwart water door beroeps- en pleziervaart, slecht. Daarnaast bestaat in Groningen nog het oude systeem dat de Diepenring een overloop is voor overstromende riolen bij idioot slecht weer.

Het Luthers Bach Ensemble trakteert vrienden en vrijwilligers op een verrekt leuk zondagmiddagconcertje. Er worden ook twee overledenen herdacht. De voorzitter roemt hun legaat aan het LBE. Pragmatici herkennen een stimulans voor de levenden. Op de stoelen ligt een papiertje met een citaat van Luther. Wat een gemiste kans dat een kleine toelichting op de duistere zijde van de naamgever ontbreekt. We beluisteren muziek van (in alfabetische volgorde) Bach, Brahms, Buxtehude, Händel, Kapsberger, Purcell, Schubert en Schütz. Het wordt genieten met Bronda op piano en orgels, Giulio Quirici op Luit (een soort antieke gitaar met zo’n 13 snaren) en tenor Olivier Kemler. De luitspeler en de tenor imponeren als de beste jeugdspelers van FC Groningen. In gedachten zie ik hoofdstedelijke scouts driftig schrijven en ik vrees binnenkort een megatransfer. Het ‘Ombra mai fu’ en ‘Zion hört die Wächter singen’ vanaf de kraak enthousiasmeren het publiek tot ver na de drankjes en hapjes achteraf, waar het gonst van de vraag of en wanneer Kemler de nieuwe Joost Klein wordt op het volgende Eurovisie Song Festival.

Nog even iets over de SpaakMasters op zondagmorgen. Onze vaste road captain, professor Bart neemt vandaag rust, na een 230 km graveltochtje op zaterdag. Of dat meespeelt, geen idee, maar de interim captain wil duidelijk prijzen pakken. Hij jaagt ons zowat over de kling. We eindigen na een 60 km lange slinger naar het oosten, inclusief langzaam rijdend stadsverkeer en veel onmogelijk smalle paadjes, op een vette 28,9. We fietsen met zijn tienen, vier vrouw, zes man. Ik registreer dat drie senioren, Fokke (76), Albert (77) en ik gemiddeld 73 jaar oud zijn.

MAANDAG: onze buurtvereniging overlegt met de gemeente over hete hangijzers. Geagendeerd zijn o.a.: waterkwaliteit in de A, Cleanup Day, de reparatie van de Visserbrug, overlast door wildplassende bierbotenpassagiers en meer. Van de werkgroep Handen-uit-de-Mouwen krijg ik een aanvullend lijstje mee van tien gesprekspunten. Aan tafel twee bestuursleden van onze vereniging, vijf ambtenaren en de wethouder.

ZATERDAG: In Leens wordt de cd ‘Mien end en mien begun’ gepresenteerd met muziek en teksten van Ede Staal. Peter Siebesma bespeelt orgels te Assen, Bedum, Leermens, Onstwedde en Kloosterburen. Het vocaal kwartet bestaat uit Reinder van der Molen, Hanneke van den Berg, Martien de Pauw en Taco van den Berg. En passant wordt er reclame gemaakt voor cursussen in het Gronings, georganiseerd door het Centrum Groninger Taal & Cultuur.

JOURNAAL week 38

ZONDAG: Het voelt als een reünie: Frans, John, Willy, Henk, Klaas en Rob (v.l.n.r. op de foto uit 2019) ontmoeten elkaar in Noordbarge (Emmen) voor een racefietstochtje naar Mommerite, een soort bedevaartsoord voor fietsers in Gramsbergen. De gemiddelde leeftijd zal tegen de 70 lopen. Vijf jaar geleden fietsten we in dezelfde samenstelling. We houden elkaar voor dat het niet om wattages en snelheid maar om gezelligheid en beweegplezier gaat. Bij de start is het 12°, voor een enkeling kortebroekenweer. In Gramsbergen drinken we cappuccino op een terras aan het Kanaal Almelo – De Haandrik. Vooruit, appelpuntje erbij. De gespreksonderwerpen zijn als vanouds: wat politiek, twee FC’s, hartritmeschommelingen, onwillige gewrichten, beetje tinnitus of hypertensie, BMI’s, burgemeesters die het zonder adviezen denken te kunnen redden, weldadige Chinese massagesalons, The Analogues, tubeless banden, spiegeltjes, de cruciale vraag wat zadelhoogte met libido doet en de eeuwige wielrennerskwestie: kettingolie of wax? Op de terugweg begint Henk, de road-captain, quasi-terloops over een speciaal weggedeelte. Ergens bij Nieuw-Amsterdam, de Deutlanden, 2,2 km tussen de Schoolstraat en de N376. Of ik daar niet even een sprintje wil trekken. Tuurlijk pik. Rob is mijn haas en lanceert me tot 42,5. Ik vervloek de ondermaatse rugwind, mijn bovenbenen voelen als gereviseerde hydrauliek van een graafmasjien, ik raak heel even de 44 aan en zak, als Pieter Omtzigts populariteitscijfers, snel af. Het gemiddelde komt op zo’n 33 schat ik. Opa Rob deed ooit 38. Dan hoor ik dat Maestro Henk (zeg nooit die ouwe!), l’eminence grise, de Primus inter pares, dichter bij de 80 dan de 70 jaar en met wat hart- en andere dingetjes (en godlof gemonitord door een fietsende cardioloog) achter de rug, daar een vette 42 reed! Twee-en-veertig! Gemiddeld! Geregistreerd door Strava. On-voor-stel-baar. Dat ik hem bij het Delftlandentalud net achter me kan houden is een schrale troost.

MAANDAG: Het UMCG zoekt gezonde proefpersonen voor de controlegroep van een onderzoek. Het gaat om doorbloeding van de nier bij hartfalen. De studie (PEARL-HFpEF) omvat een uitgebreide medische keuring, een CT-scan van de buik, echo van de nieren en een bloed- en urine-onderzoek. Reis- en parkeerkosten en een lunch worden vergoed. Ik voldoe aan de eisen (geen hart- en vaatziekten, een BMI onder de 25, geen medicatie voor suikerziekte of hoge bloeddruk) en meld me aan. Binnen enkele dagen krijg ik een reactie: er zijn veel aanmeldingen. Men gaat ernaar kijken. Vraag me nog even af of er ook nadelen zijn.

DONDERDAG: Als de Volkskrant schrijft dat ‘vrouwelijke schoonheidsidealen op virtuoze en wanstaltige wijze door de gehaktmolen worden gehaald’ & dat de *****-film ‘The Substance’ een voorbeeld is van ‘Volmaakte goorheid’, sja, dan blijven wij natuurlijk niet thuis kijken naar mijn nieuwe helden Van Vroonhoven, Harris en Bikker. De film is dermate heftig dat ik de volgende dag graag de krant erbij pak om te lezen wat we hebben gezien. Houd het maar op een moraliserend ‘accepteer gebreken bij ouder worden’.

VRIJDAG: concert voor orgel, strijkers en pauken van Francis Poulenc in Nieuwe kerk met o.a. Mannes Hofsink op het (Timpe)orgel en Gerard Wiarda (die ons even bijpraat over de bitonaliteit van de componist) als dirigent van het orkest. De bijzondere instrumentale combi doet het goed. Mannes Hofsink voorspelt een kentering in de organistenwereld, de jongere generatie, zie ook Antonio Garcia, komt eraan.

JOURNAAL week 37

Maandag: De straat is opgebroken. Voor ons huis staan een schaftkeet en een dixie, afgeschermd door wat schrikhekken. De BAM-infra-mannen beginnen om 07.00 uur, een enkeling om 05.46. Ze staan in de gleuf voor nieuwe elektriciteitskabels. De graafmachine schraapt voorzichtig grond weg. Bij een dwarsliggende leiding begeleiden twee mannen de graafmachinist. Is de graver voorbij de leiding, dan kantelt de graafbek en wordt de grond onder de leiding weggelepeld. Ik vraag hun of dit onder de noemer zwaar werk valt. ‘Ja,’ klinkt het unisono.

Woensdag: De Ploeg exposeert in (Hotel) Watertoren West. Om de twee maanden twee Ploegleden. Deze keer Reinier van den Berg en Joke Klaveringa, aangevuld met Eva Ouden Ampsen. Van den Berg en Klaveringa ken ik inmiddels goed. Ouden Ampsen is nieuw voor me. Zij exposeert schalen. Die ogen zwaar maar zijn superlicht. Niet gemaakt van gebakken klei maar van gescheurde, op elkaar gelijmde laagjes karton, later in herfsttinten beschilderd en van stipjes voorzien. Vergeleken met de prijzen van Van den Berg (van € 1.750,- tot € 2.250,-) en Klaveringa (van € 525,- tot € 925,-) is Ouden Ampsen niet duur € 250,- tot € 400,-).

Van den Berg

 

Klaveringa

Vrijdag: Ineens vormen wildvreemden samen een koor. Met een projectkoor Imagine van John Lennon instuderen in een kerkgebouw van de Apostolische Gemeenschap. Zo’n 90 personen, waaronder zeker 25 jongeren. Een fiks mannencontingent. En dan driestemmig zingen, begeleid door gitarist Tijmen en dirigent Maarten, beiden excellente zangers. Ze acteren onder de naam Pop-up Choir en reizen het hele land door om op verzoek een (sing along)zangavond te verzorgen. Heerlijk gezongen. Met YouTube had ik me wat voorbereid. De piano-intro brengt me binnen drie seconden naar 1971. Ik was vijftien en kende het nummer via mijn oudere broer die een pick-up had. Ik lees wat over de geschiedenis van het nummer. Indertijd was het licht provocerend: ‘Imagine there’s no heaven’, gezongen door Lennon die in begin jaren zeventig zei dat de Beatles pupulairder waren dan Jezus. Ik herinner me geen ophef in Kollum en in Dokkum.

Ouden Ampsen

Zaterdag: Deze week beginnen de Grootkoorrepetities. Op de weg naar Haren krijg ik een lekke band. Bus, lopen, taxi, vrouw I bellen, vallen af. Het wordt liften. Van Hereweg naar Helpman en van Helpman naar Haren. Een dakdekker en een bakkerbezorger stoppen. Kwartier. Voor het kerstconcert wordt vier keer gerepeteerd. Vandaag zijn er 140 zangers, waaronder zes bassen en acht tenoren. Er zijn concerten in de Martinikerk (op 18 december) en in het Concertgebouw (12 december). In 2025 is er een bevrijdingsconcert in de Martinikerk op 7 mei ’25.

JOURNAAL week 31

Zondag De Martinikerk loopt vol. Nou ja, nog niet zo vol als bij het kerstconcert van het Grootkoor natuurlijk, maar orgelmuziekvol. Paar honderd man zeker. Het IMOCG¹-openingsconcert heet Venetiaanse Pracht met het blazerskwartet Les cornets noirs. Even hoop ik op ‘cornetists noirs’.  Maar nee, vier witte mannen uit Zwitserland die ongehoord mooi spelen op aparte fluiten: dulciaan, twee zinken² en trombone. Ze staan vanuit (te) kleine openingen in het Schnitgerorgel hun best te doen. Centrale muzikale truc: samen met organisten Wiersinga en Van Doeselaar zoveel mogelijk echoën. Meesterlijk. Voor me zit een meneer die op het oog ongecontroleerde kleine schokkende handbewegingen maakt en constant ‘formidable’ en ‘incroyable’ inslikkend roept tegen zijn vrouw die haar nagels met Dior Vernis heeft gehighlight. Monsieur is misschien een dirigent uit de banlieues die de Olympische Spelen-herrie ontvlucht en nu op de camping in Middelstum-Noord staat. De muziek bekoort zeker en vast, maar ja Gabrieli, Allegri, Cima, Merulo, Valentini en Guami zijn mooie namen van Ducatiberijders op het TT-circuit maar halen het natuurlijk niet bij de letters b a c h, of is het de overkill aan herhalingen die mij parten speelt? In de pauze regeert Calvijn met een lange wachtrij, lauwe thee en haperende wifi. Burgemeesters die omgekeerde vlaggen tolereren zitten op de voorste rij.

Maandag Aan het eind van de warme dag fietsen we even naar het Hoornse meer voor een drankje en een schaaltje friet op het enige (?) rookvrije terras van Groningen. Vrouw I lijkt gewend te zijn aan de fraaie Van Raam-driewieler. Hoewel ze geen skelter- of trekkerkindverleden heeft jakkert ze lekker vrolijk voor me uit. Langs het kanaal fietsend wapperen haar haren op zijn Daphne Schippers indertijd op weg naar goud, in de wind. Op het terras  nemen we de personeelskrapte in de als boeren klagende horeca door en bespreken een eenvoudige oplossing. Laat obers niet acht keer heen en weer lopen voor één drankje van inmiddels € 7,- maar creëer een afhaalbuffetje met korting voor de naar beweging hunkerende terrastijgers.

Dinsdag Twee traanplaten maken de drempel doable voor de Van Raam. Metaalbedrijf Agema weet precies wat ik bedoel en fixt het.

Woensdag Omdat ik pas eind augustus bij mijn vaste fysio/masseur terecht kan, wijk ik uit naar een Chinese massagesalon in Stad. Een uur full-body massage wordt het. Van tenen naar hoofd en van vingers naar schouders. Ik word ontvangen in een klein kamertje met een grote massagetafel (gerieflijk), ingelijste aanwijzingen aan de muur, ‘houd uw onderbroek gerust aan!’ (handig) en een 45-jarige mevrouw met in massageolie gedoopte warme handen (heerlijk). Het verschil met mijn fysio is dat die zich concentreert op de dieper liggende spierweeefsels en echte gesprekken en dat de full-body zich richt op een ontspanningsmassage over (bijna) het hele lichaam  en inwisselbare vriendelijkheden in Jip-en-Janneke-taal. Mijn Mandarijn haalt het niet bij haar Westerkwartiers. Als ze mijn bovenbenen doet geniet ik van haar uitspraak van ‘jonge hond’, ‘steigerpalen’ en ‘cilinderzuigers’.

Donderdag Anders dan de over personeelskrapte jeremiërende horeca vult de gemeente tekorten op door uitgekiend burgers in te schakelen bij het opsporen van zaken die verbetering behoeven. Groningers wordt gevraagd openbareruimteprobleempjes te melden. Daar doen we graag aan mee, maar werkt het ook? Van de acht meldingen worden zeven vlot afgewikkeld. Nummer acht ligt op het bord van ProRail, maar die zegt niets te kunnen doen. Groningen – ProRail: 7 – 0.

¹International Martini Organ Contest Groningen

²Zink = houten, gebogen blaasinstrument

Journaal week 29, Groningen – Maastricht,

ZONDAG Hoe reageert mijn omgeving op ons plan naar Maastricht te fietsen op één dag? Van vijf of zes kanten kreeg ik het welgemeende advies meer te drinken, dat zou kramp tegengaan. Supplementadepten zweren bij magnesium. Voorbij jaloezie kijkend zijn de reacties vooraf: in het algemeen goedbedoeld(e adviezen), licht kritische (waarom zou je dit willen?), positieve (spannend, mooie uitdaging) tot zuinige (zwijgende) commentaren. Tenslotte: als natuurfietser ben ik niet het archetype van de racefietser, wel van de op veiligheid gefixeerde: van hard rijden in grote groepen moet ik niets hebben en ik ben een vurig pleitbezorger van verplicht handschoenen dragen en natuurlijk een spiegeltje in de linker beugel.

MAANDAG Met mijn ploegleider bespreek ik de route en of we naar of vanuit Maastricht rijden. De wandelvierdaagse in Nijmegen maakt de vrijdagse route zeker 10 kms langer want we gaan Nijmegen oostelijk ronden. Het plan luidt: Groningen – Meppel – Apeldoorn – Nijmegen – Someren – Maastricht. Mijn grootste zorg is Marks tempo. Meer dan ik aan hem moet hij zich aan mij aanpassen. De wind is niet supergunstig op vrijdag.

DINSDAG Fietsenmaker Dik prepareert Giant. Ze krijgt d’r tweede servicebeurtje met extra aandacht voor haar bandjes. Ik schrik als ik hoor van de val van broer II en word wat onrustig. Hij komt er met een blauwe bil nog genadig vanaf. Ik troost ‘m met een liedje van de Blaubilgorgel van Buddingh’. Het risico van een ongelukje calculeer ik, zij het met moeite, in. Een matineuze (zw)erfkat tussen de spaken om 04.30 uur voorbij Assen kunnen we wel missen natuurlijk. Vrouw I, nog herstellende van een heupfractuur na een val zegt toe in geval van nood tot Deventer als ophaalservice te willen fungeren. De schat. Ze heeft megaveel vertrouwen in een goede afloop.

WOENSDAG Terwijl ik me voorbereid op de mentale en fysieke inspanning maken sommige mensen in mijn omgeving er een existentialistische queeste van. Ik onderzoek mijn grenzen en wil nagaan of een jaar lang wekelijks een boek (her)lezen van (heel lang één van mijn favo auteurs, maar de laatste jaren teruggezakt naar de onderste regionen van mijn top-tien) Maarten ’t Hart louter plezier of een opgave is. Of na enkele maanden wat extra trainen een fietsrit van 325 kms voor mij als topfitte 68-jarige te doen is. Het is voor mij een dag plezier die stevige herinneringen oplevert, ook als het niet lukt. Ik wil mezelf (en mijn omgeving) nog beter leren kennen. En tot troost voor de vragenstellers: niet alles is te begrijpen. Sommige (hermetische) poëzie, abstracte beeldende kunst, onbekende (klassieke en ultra-moderne) muziek, er zijn hoofdstukken die voor altijd gesloten zullen blijven. Dat is precies de reden waarom fietsers – lees ‘Mythische fietstochten in Europa’ – gek zijn op onalledaagse tochten.

DONDERDAG In de rugzak prop ik 2kgs aan ballast. Dan voor onderweg nog 2 bananen, 6 40-grams repen, en 2 bidons.

Straatmaker fietst 200 kms op een werkdag

Als een seniorstraatmaker een hele dag stenen kan bij elkaar zoeken, ze in een klaargelegd en strak getrokken zandbedje betasten, bekloppen, rafelige randjes weg kan zagen en bijvijlen en ze dan neervleien, iets wat algemeen als zwaar werk wordt beschouwd, waarom zou ik dan niet acht uren lang klassiekemuziekmelodietjes neuriënd mijn hobby kunnen uitoefenen? Beetje fietsen? Ik ben een straatmaker.

Ik bereid een 200 kilometer-route voor en begin, als de straatmaker, vroeg. De wekker staat op 04.00 zodat ik om 03.50 wakker word. Fietssokken, koffie, muesli, fruit. Extra water drinken na het tandenpoetsen. Water drinken zou helpen tegen kramp na afloop.

Bad Nieuweschans had ik al op mijn foon ingetoetst. Giant TCR Defy staat klaar in de gang, haar bandjes strak maar niet te. En dan gaan. Net voor Praedinius hoor ik de verrukkelijke Google-stem mij aansturen. Volumeknop op max. Een Doe-Maar-riedel overheerst de verlangde Ich bin vergnügt mit meinem Glücke-melodie van Bach. Ik glimlach.

Het is lekker fris. Vochtig. Om 04.55 jaag ik door Helpman en prijs me gelukkig met de zonnebril. Een beloftevolle zon kleurt rood. Mijn route heb ik gevierendeeld en ik wil na elk kwart een kwartier rust nemen, in Emmen een half uur. Door Oost-Groningen rijdend krijgt mijn politieke antenne een update als ik de idioot grote boerderijen zie en stel me de naar limitarisme en coöperatieve initiatieven als ‘Land van Ons’ en ‘Herenboeren’ hunkerende boerenkinderen voor die de school wel hebben afgemaakt. Ik probeer fietsend te plassen en minder vaart, beveel mijn blaas te ontspannen, rek mijn strakke fietsbroek wat op maar vrouwenstemmen en opwaaiende zomerjurken werken tegen.

Onderweg ontmoet ik een paar vitale, bruisende, sportieve, ouwe pikken; vrienden voor het leven. Ted in Emmen en Rob in Odoorn. We bespreken het leven, de Nederlands politiek en kleinigheden. Waarom het verkoelende thermische ondergoed de Nederlandselftalspelers toch niet kon redden. Zijn onze docenten Engels echt zo veel beter dan de Franse? Welke waarde hebben felicitaties op groepsapps? Waarom nazaten van good-old Salomon Levy net iets pregnanter hun afkeer kunnen uiten van de vrouwen vernederende Joodse orthodoxen die hun eigen zonen onder het mom van religiestudies uit het leger houden. De invloed van nature en nurture op antisemitisme en  rabiate Palestijnenhaat. De schitterende utopische ideeënwereld van Rutger Bregman.

Bij de Schilders eet ik vier plakken krentenwegge en dus duurt de pauze daar iets langer. In Odoorn voegt Rob zich bij me en hij houdt me tot Rolde uit de wind. De temperatuur stijgt tot boven 28°. Ik voel een nijpend zoutgebrek en stop bij een terras voor mosterdsoep, spa en Radler. Alles even in de blender en dan in een maatbeker van een liter, vindt de restaurateur een slecht plan. Rob doneert me nog zijn banaan. Na 200 kms ben ik moe, maar niet stikkapot, uitgewoond of dood. Het tempo is om en nabij de 26/h. Als een straatmaker die voor een bijzondere klus vier uurtjes gaat overwerken kijk ik uit naar de 330 Groningen – Maastricht.