Als je door verwilderde,
Valse, schoot- trek-
Of straathonden,
Ik sla het woord christenhond
Opzettelijk, met moeite over,
Van die asielblijvers
Die iedereen voorbij loopt
Vanwege ontspoord,
Agressief bijtgedrag,
Schurft, luizen in hun kale pelzen,
Stinkende bekken,
Rottend tandvlees,
Verwaarloosde aarsmaden,
Ontstoken anaalklieren,
Je kent ze wel, opstaand tegen
Beprikkeldrade hekken;
Uit dezelfde gore bakken vretend
En daarmee hun christelijke
Waarden beschermend,
Wordt besnuffeld, gekend
En uit zogenaamde
Partijliefde teringhond
genoemd,
terwijl je je stinkende
maatschappelijke best
doet voor in de steek gelatenen,
gewone medemensen,
reken dan gerust op
mijn stem.