Vijf sterren. Douze points. Een tien! Op zaterdagavond vijftien juli is er in de Akerk een werkelijk prachtig concert van (een deel van) het Luthers Bach Ensemble aangevuld met solisten van het Prins Claus Conservatorium. Een feestje, dat is het. Opvallend detail: er komt geen dirigent aan te pas, de dirigent zit in het publiek. Weliswaar is de artistieke leiding in handen van Tymen Jan Bronda en David van Laar, maar de solisten, musici en koor doen het zonder de bewegende baton. En waarom ook niet, de praktijk leert dat de zangers doorgaans meer oog hebben voor de muziekmap dan voor de dirigent. Men kijkt scherp naar elkaar en zorgt er bij de minste beweging van een wimper, wenkbrauw of neusvleugel voor dat inzetten scherp zijn als een geslepen vismes.
Het programma (van acht A-viertjes) vermeldt werk van Hasse, Buxtehude en Bach. Het begint met strijkers die Hasse vertolken. Vervolgens een solo van Bronda op het indrukwekkende kerkorgel met Buxtehude, daarna counter-tenor Van Laar met Hasse, vervolgens weer organist Bronda met Bach en als slotstuk de cantate ‘Christ lag in Todesbanden’ van Bach, gezongen door solisten en koor, begeleid door strijkers en continuo orgel. Het koor treedt op in wisselende opstelling en, what’s more, de wisselingen verlopen vlot. De meeste aandacht gaat vanavond uit naar de counter-tenor. Van Laar zingt de sterren van de hemel, het stof van de gewelfbogen, craqueléscheurtjes in kalkmuren, lach op gezichten en overal wordt continu ‘awesome, amazing’ gefluisterd. Ik reset mijn voorkeurslijstjes en naast Jaroussky en Scholl staat nu Van Laar. En ach, de teksten, die blijven steken in bezwerende verlopen antieke religieuze formules die an sich elke zeggingskracht hebben verloren maar het moeten hebben van de betoverende muziek die door de tijd heen krachtig blijft als voegen tussen grafzerken.
Het publiek, zo’n tachtig personen, natuurlijk veel trotse ouders, opa’s, legio opa’s vriendinnen, buren en oma’s, trekt zich niets aan van bijgeluiden van lekke brommeruitlaten op straat en een enkele verwarde Riepeverkoper die baalt dat men bij hem niet kan pinnen; veeleer versterken die de intieme sfeer indoor; men klapt de blaren in de handen waarop, gestimuleerd door een luid geroepen ‘Bravo’, een toegift volgt. Mooi om te zien: de oudste zanger, bas Michiel de Vries gebruikt een tablet terwijl de rest, waaronder ook rookies, het houdt op het oude vertrouwde papier met gele zweetkringen. Heerlijk, wat een avond!