Een hele dag samen met 39 andere orgel(muziek)liefhebbers in de bus kalmpjes langs vier kerken rijden levert naast hartslag- en bloeddrukverlagende prachtmuziek ook interessante praat op. Ik spreek een Zuid-Afrikaanse over het Nederlands-Afrikaans en Breyten Breytenbach en praat met een theologe die op latere leeftijd moderne orgelmuziek ontdekte en nu helemaal into Anna Lapwood is. Ze vertelt van de bible belt naar Groningen te zijn verhuisd en glimlacht bezorgd als ik haar vertel dat ik in mijn bubbel vier stellen ken die naar de b.b. zijn verhuisd of op het punt staan het te aan doen. De ons begeleidende alles van Groningen wetende historicus geeft hoog op over borgen en ‘k vraag ‘m of hij van Dr. Jongsma heeft gehoord die schrijft dat 90 % van de Groningse borgen schatten hebben verdiend aan slavenhandel. Tijdens de lunch vertel ik iemand dat ik vorige week op de Grote Markt heb meegezongen tegen Israëls genocidale barbarij. Dat zou niet iedereen me nadoen, leer ik.
We bezoeken kerken en hun orgels in Leermens, Eenum, Godlinze en Loppersum. Organist Henk de Vries etaleert zijn orgelkennis en speelvaardigheid en historicus Reint Wobbes praat ons bij over interessante geschiedkundige feiten. Henk de Vries ken ik nog van een schitterend koor- en orgelconcert in Sleen.
We starten in Leermens en zien een orgel met aan weerszijden luiken, bedoeld om bladgoud uit ’t zich te houden. Het orgeltje klinkt als een klok. De kerk heeft bruin, geel- en witgeverfde bogen, een blauw plafond en hoogwaardige inktjetprints van Helmantel. De Vries speelt, ogenschijnlijk uit de losse pols, een miniconcert met Händel, Krebs, Erbach en Buxtehude. Orgelmuziekconnaisseurs onder ons letten speciaal op het effect van de dulciaan 16´.
De Schnitger in Eenum is apart vanwege reliëf en dieptewerking in het front. Een minicollege over middentoonstemming, reine tertsen, enz. vergroot onze kennis. Al spelend blijft De Vries’ gezicht een lach vertonen. Wat een vrolijkheid. Hij besluit met Scheidemann en Byrd. De organisatie is slim en biedt ons een fijne lunch in een papieren zak aan. Geen tijdverlies dus aan tijdverslindende tafels in kerkelijke bijgebouwen.
Het zicht op Godlinzes Schnitger wordt wat aangetast door een zwarte dominante kachelpijp. De bijna wulpse boog- en plafondbeschilderingen, ik zie iets wat lijkt op neo- impressionistisch pointillisme, vergoeden veel. De kerkbanken en preekstoel zijn geel geschilderd. Ik fabuleer over de daaraan voorafgaande discussies die bijna tot schisma’s leidden. We beluisteren Buxtehude, Scheidemann, Böhmer, Purcel en Telemann. ‘Goed gespeeld man!
Dat het grootste en wie weet beste tot het laatst wordt bewaard bewijst Loppersum, waar we de ‘boerenkathedraal’, de grootste dorpskerk in de provincie, betreden na een passage onder majestueuze beuken die ons afschermen van de Snollebollekes verderop bij de kermis. Cantor De Vries haalt alles uit de kast en wisselt zijn miniconcert op het uit 1562 stammende en daarna zeker zes keer aangepaste en verbouwde orgel af met Gregoriaans aandoende zang. Wie weet, tot een volgende keer. De excursie werd georganiseerd door Orgeldelta (www.orgeldelta.nl).