Ex-kankerpatiënt Maarten van der Weijden doet iets speciaals. Zichzelf voor 250K laten imploderen in een dunwandig koekblik enkele kilometers op weg naar de Titanic lijkt ‘m niks, dus wordt het een speciale triatlon: de Elfstedentocht fietsend, zwemmend en lopend. Hij houdt van uitdagingen. Die zijn er meer. Ik onderzoek hoe lang ik aan één stuk kan fietsen. Na eerdere tochten van 113 en 133 is mijn doel nu 150 kilometer. Het worden er 165 kms. De omstandigheden zijn optimaal: matige wind (West 3), 18° om 06.00 en 25° om 12 uur, en mijn vorm is okee.
Het wordt tegen de wind in via Grijpskerk, Kollum, Dokkum (over het Bolwerk) naar Holwerd. Dan rechtsaf en voor de wind naar Lauwersoog en onderdijks, met af en toe even een max van 47,8 aantikkend, naar Uithuizen. Schapen kijken me, kauwend en aarsmaden de ruimte biedend, ‘waarom doe je dit?’ vragend, verbaasd aan. Weer rechtsaf richting Groningen. Bij 140 kms slaat vermoeidheid, verzuring en tegenwind toe. Ik realiseer me dat opgeven altijd nog kan, maar ik ben Sjaak van der Tak niet. Mijn gemiddelde vervalt van 27,8 naar 26 bij thuiskomst. Gelukt. Tevreden. Zeer moe, maar dood of stikkapot noem ik het niet. Twee bananen, twee bidons en twee koeken houden me de 165 kilometers in 6.20 op de been. Een bad met rek- en stretchexercities, 1,32 liter Radler herstellen mijn spieren & vochtpeil.
Wat dit bewijst? Lijven zijn tot veel in staat. Als je geluk hebt ook herstel van nare ziekten. Volhouden en je net iets meer inspannen loont en levert prachtherinneringen op. Fietsend heb ik de neiging wat te romantiseren; mijn jeugd ligt onderweg verspreid. Ik lees de mooie zin ‘Wat der ek bart yn’e wrâld, sjoch dernei yn Aldwâld’. Maar het is ook de streek van omgekeerde vlaggen, een burgemeester die onder de tafel verdween toen er protesten tegen een AZC ontstonden en het was de streek van giftige chemische industrie tussen Oudwoude en Westergeest, moorden op Bonifacius en Marianne Vaatstra door gereformeerde boeren uit de streek. Gelukkig maar dat er ook tegenhangers zijn: een nieuw restaurant in het voormalige Kollumer gemeentehuis en de alles herstellende kunsten; dichter François Haverschmidt woonde hier en beeldenmaker Jan Ketelaar, voor wiens beeld ‘Wachten op Hoog Water’ ik even afstap om een foto te maken.
Bij thuiskomst ligt er sinds vaderdag een bijzonder boek van Anjet Daanje te wachten: ‘Veelvuldig en alleen’ en wacht een bezoek aan het Midzomernachtconcert met organisten Robert Koolstra en Tymen Jan Bronda die, tweehandig en tweevoetig in de Lutherse kerk tekeer gaan op drie orgels in elke samenstelling die de bijna volle zaal wenst. Bach, Händel en Mozart. Kippenvel.