‘De Ploeg werkt door’ in combinatie met Geert Hendrik Streurman
In de aanloop naar het jubileumjaar 2018 waarin De Ploeg 100 jaar bestaat is op 22 oktober 2017 in Veendam een overzichtstentoonstelling geopend met als titel ‘De Ploeg werkt door …’. Deze naam impliceert wellicht dat er mensen zijn die menen dat de Ploeg is gestopt na de tijd van illustere namen als Wiegers, Dijkstra, Altink, Werkman, Hansen, Jordens en meer. Niets is minder waar. De Ploeg telt tweeëntwintig leden, van wie er negentien met prachtig werk in Veendam zijn vertegenwoordigd. Het eeuwfeest heeft een imposante hoeveelheid exposities in petto: elf in totaal.
Naast werk van huidige Ploegleden zijn de oprichtingsnotulen van de vereniging te zien en te lezen en is er uitgebreid aandacht voor werk van Streurman. Veendammer Streurman (1892 – 1976) was een Ploeglid van het eerste uur; hij was bestuurslid en enkele jaren voorzitter. Naast beeldend kunstenaar was Streurman leraar Duits en Goethe-kenner.
‘De Ploeg werkt door…’ pretendeert het belangrijkste werk van de Ploegleden te tonen. Jammer dat drie Ploegleden ontbreken, het is nu meer een deeloverzichtstentoonstelling. Werk van interessante namen als Busman, Van Holten en Okel ontbreekt. Kunsthistorica Ten Bruggencate ging in haar openingslezing ook voorbij aan dit drietal. Zoals in het verleden in deze ruimte (het Veenkoloniaal Museum in Veendam was vroeger de Rijks Hoogere Burger School) de deelnemers aan de grote avond werden voorgesteld aan de ouders, zo stelt Ten Bruggencate nu de Ploegleden voor aan het rijkelijk toegestroomde publiek met een plaatje bij een praatje. Zij die meer willen weten over Van Holten, Busman en Okel, zullen op het in mei te verschijnen boek moeten wachten. Werk van Busman en Okel is wel te zien bij galerie Van Harinxma in Beetsterzwaag.
Het begin van de expositie in Veendam toont een prachtige, grote foto van veertien Ploegleden bijeen in een gezellige vergadering. In de expositie, verdeeld over vier zalen, zien we oud en nieuw werk, samen ongeveer honderd stuks, in alle denkbare technieken. Er is nieuw werk van Schreuder, Corsius, Rozema, Velthoen naast ouder werk van Van der Woude, De Groot, Gommer en Van den Berg. De twee grote tekeningen in kleurpotlood van Corsius vormen de eerste aanzet van een 21-delige cyclus ‘Tijd’ die is gebaseerd op een Chinees gedicht. Van Alkema zijn vijf werken te zien, alle in houtskool/krijt op papier of paneel: in zwarte, grijze en witte tonen. Voor het eerst is er werk te zien van Klaveringa (romantisch realistische landschappen) en Van der Sleen (fotografie en een surrealistisch ogend drieluik over aardbevingsschade). Beiden zijn sinds 2017 lid van De Ploeg, Klaveringa voor de eerste keer; Van der Sleen is herintreder.
Als ik willekeurige bezoekers, onder wie een ver familielid van oud-Ploeglid Jan Geursen (1889 – 1945) vraag welk werk hun het meest aanspreekt, krijg ik te horen: “Het schilderij ‘Spring’ van Benniks, de verzameling 42 getekende leerlingen van Cornelius, de drie aquarellen van Kracht, de humoristische schilderijen van Dijkstra, en het werk van Van der Wal en Schreuder.” Centraal opgesteld is het maatschappijkritische beeld ‘Gouden man’ van Hagenaars. Een andere bezoeker zegt: “Ik dacht dat de Ploeg gelijk was aan landschappen. Goed om te zien dat er veel meer te zien is.” Drie meisjes (resp. acht, negen en tien jaar) die de expositie met (groot)ouders bezoeken noemen: “De geiten van Jonkman, Spring van Benniks en Sehnsucht I en II van Geertjes.”
Het feestjaarlogo, een vette olieverfpenseelstreek van Geertjes is krachtig, rijk, vers, weelderig, vet, vuurrood en spannend tegelijk.