Poëzie in de Prinsentuin

Groningen. Juni 2025. In 30 blokken wordt poëzie aangeboden. Alle randvoorwaarden doen het goed: prachtfolder, duidelijke aanvangstijden, maar liefst zes festivallocaties, goed geluid. Een kleine 150 namen (enkele dubbel natuurlijk) in actie. Poëzie is vooral een nichemarkt. Fijnproevers. Nerds. Zoals het Groninger Museum aan Helmantel voorbij gaat, zo mis ik Rawie. Ik kom voor Grunneger verzen en merk dat Nijmegen met Ineke Berendschot bij onze provincie is ingelijfd en vraag mijn buurvrouwgraszitter of er in Groningen slechts drie dichteressen zijn.

Ik hoor bijna uitsluitend vrije verzen, prozagedichten en mis vormvast werk. ‘k Denk aan mijn oud-docenten Anne Wadman, Remco Ekkers. We discussieerden over de vraag wat poëzie tot poëzie maakt. Doet vorm er toe? Van Ekkers herinner ik me, pratend over sonnettenschrijvers: ‘Ach, rijmwoorden doen me aan het belletje van de typemachine denken aan het eind van de regel.’ Wadman citeerde Kloos over Gorter: ‘Poëzie is de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie.’ Maar het mocht geen vrijheid blijheid worden. Ook vrije verzen kunnen een eigen vorm hebben.

Het contrast vrije poëzie -retestrakke Prinsentuin kan niet groter zijn. Geometrische vormenrijkdom, allesbehalve paradijselijk natuurlijk, getrimde rozen, hyperstrak geschoren buxus en taxus, patronenbeplanting, rust en grandeur, leibomen die wekelijks naar de snoeischaar snakken, aangeharkt grint. Ik denk aan Louis G. Le Roy die zich in zijn graf omdraait, aan Piet Oudolf die zich bij Voorlinde in Wassenaar uitleefde in vormvolle plantenperkenrijkdom, aan representanten van het Drentse Landschap die in een permanente strijd zijn gewikkeld met alles wat riekt naar exoten.

Ik kom voor ‘Grunnegers in het gruin’, Groninger poëten, waaronder, oeps, dus een Nijmeegse. De vier vrouwen hebben mooie stemmen en ik geniet van de streektaal. Van Berendschot excelleert met voor mij onnavolgbare tongue twisters. De Graaf herdenkt liefdevol een gestorvene die mij de grondbeginselen van zeismaaien bijbracht. Ook heeft ze een lofzang op woordenboekmaker Ter Laan, één harer grote vrienden. De arme man was zo met zijn eigen taal bezig dat hij vergat dat er mensen zijn die zijn taal willen leren zodat we ons suf blijven zoeken naar een propere Nederlands – Groningse versie. De Roo draagt een mooi vers voor over haar overleden vader die ze het beste op de dijk herinnert. Taalconsulent/organisator Gosselaar is een beetje de theaterdirecteur die naar het podium haakt en  haar eigen kunst demonstreert met mooie Groningse verzen en één nog in de niet-vertaalde fase.

De Groningse taal krijgt vandaag een gevoelige tik op de vingers. Er zijn klaarblijkelijk amper Groningse dichteressen en de generalissima gaat voorbij aan het oer-Gronings uit d’r hart en noemt Grunneger poëzie (on)vertaald Nederlands.

JOURNAAL week 26 (2025)

ZONDAG: ‘Salle des pas perdus’ is de bijnaam van de Groninger Stationshal. Voordat ik, uitgenodigd door NS, wat gedichten ga voorlezen kijk ik omhoog en verbaas me over het plafond en de indrukwekkende tegeltableaus van de Groninger (Ploeg)kunstenaar F.H. Bach. De hal is een zogenaamde ‘salle des pas perdus’, een zaal waarin voetstappen verloren gaan. Dit verwijst naar de akoestiek van de hal, maar ook naar de functie. Zowel vroeger als nu en straks is het een wachtruimte waarin mensen rondwandelen om de tijd te doden en dus min of meer nutteloos hun voeten verplaatsen. Deze prachthal in het mooiste stationsgebouw van Nederland, is mijn trigger. Nog een bijnaam van de hal: ‘Kathedraal van het gevleugelde wiel’.  Naast het Peerd van Ome Loeks op het Stadsbalkon heb je prachtig zicht op de gevel met zijn mix van laatgotische versieringen, roosvensters en renaissancistische topgevels. Hoe mooi dat NS Groningers de kans geeft de vloer te nemen. Mijn verzen Atsje, Zomertuin/Simmertún, M. Verstappen, Drentsche Aa alias Jongbloedvaart, Maxima, Pieter Omtzigt, Op fietse noar Emmen/alias Woar je zunder kin, Zesentwintig,  Afrodisiacum baden in de fijne akoestiek.

MAANDAG Een van de lustrumactiviteiten van buurtvereniging het A-Kwartier is een kunstroute langs de A-straten waarbij schilderwerk van stadsgezichten in het A-kwartier door Groninger kunstenaars achter ramen is geplaatst. Niet alleen vroegere hoerenlopers zullen de parallel met raamprostitutie uit vervlogen tijden herkennen.

DINSDAG Een eigen kerk(je) bouwen was het plan. Boer Harkema liet 12.000 stenen uit België komen en bouwde tussen 1985 en 1998, met hulp van vrijwilligers, een klein kerkgebouw op zijn eigen grond, compleet met orgel, preekstoel, heiligenbeelden. Locatie: de driehoek Aduard, Den Ham, Fransum. Omdat hij geen vergunning had werd een bouwstop opgelegd, maar toen de gemeente de toeristische potentie zag werd het bestemmingsplan aangepast. Ernaast staat een miniatuur boerderij. Een paar bruggetjes erbij, een ophaal-, boog- en draaibrug en klaar. Nu de naderende aftakeling nog een halt toeroepen.

ZATERDAG De buurtvereniging Het A-kwartier bestaat veertig jaar en pakt uit met een feest bij De Sleutel. Ingrediënten: 120 gasten, een fotopresentatie die de transformatie van prostitutiegebied naar mooiste stadswijk toont, de sympa  binnenstadwethouder die op een vrije zaterdagavond langskomt en ook een all-inclusieve polsbandje ontvangt, een Virtual-Reality-ervaring met poëzie van Rawie, een heuse wijkvlag, een kunstwerk aan de tijdelijke Visserbrug, koude drankjes, lekkere muziek, een fijn buffet, een koel terras, een volle dansvloer, fiere vrolijkheid en het prettige besef dat een energieke buurtvereniging veel vermag.

SkinVision VI

Kankerlijer

(In het feuilleton SkinVision bericht ik over mijn ervaringen met de witte jas na de diagnose melanoom, een kwaadaardig huidkankertje.) Ik leer dat ‘Kankerlijers’ een tragikomedie uit 2014 is en de ‘Cinekid Award’ won. Sinds april betekent het woord kanker iets anders voor mij. Met – slet, -hoer, -nicht, – hond, -lij(d)er hoor je het (evenals tering-) voorbijkomen in voetbalstadions. Verwijzingen naar kanker vallen me op. Het is alweer even geleden dat een verwarde man die ik aansprak omdat hij zijn hond in het grasperk voor ons liet kakken en de poep niet opruimde mij kankerlijer toevoegde. Het woord is net een graadje erger dan ‘teringhond’, een scheldwoord dat Pieter Omtzigt indertijd kreeg toegeworpen in een CDA-WhatsAppgroepje. In de krant lees ik over een wondermiddel, CAR-T-celtherapie, tegen acute lymfatische leukemie, maar de behandeling is schrikbarend duur, 0,5 miljoen p.p.

Smeermiddeldispenser

In het Groninger plantsoen staat een door een ziektekostenverzekeraar en het Huidfonds gesponsorde smeermiddelpaal of -dispenser met een goedje tegen huidkanker. Ik mis de waarschuwingsbordjes tegen alcohol-, verkooldvlees- en tabaksgebruik. Op mijn foon installeer ik de ZonkrachtHuidfonds-app. Erg handig. Hoezo nu pas?

Huisarts

Wat is de rol van de huisarts in de preventiestrategie? Of wat zou de rol moeten zijn? Waarschuwen en voorlichten natuurlijk. Waarom doen ze dat niet? Gek, maar zo gewoon als het is dat huisartscliënten jaarlijks een griepprik wordt aangeboden, tandartsgasten jaarlijks in de mond wordt gekeken, zo ongewoon is het dat de witte jas verstokte rokers wijst op longkankerkansen en gasten met een lichte huid op huidkankerrisico’s. Dit wordt als bekend verondersteld, door voorlichting thuis, op school en infoprmatiekanalen. Hoe eenvoudig is het niet om in het patiëntenbestand een uitdraaitje te maken van patiënten met verhoogde risico’s voor bepaalde aandoeningen. Als in soa- en graffitibestrijding zou preventie hier weleens meer zoden aan de dijk kunnen zetten dan behandelen. Even terzijde aanstippen als patiënten voor een andere vraag aankloppen zou al iets zijn.

Statistieken

De laatste tien jaar zou het aantal gevallen huidkanker zijn toegenomen met 100 %. Van alle Nederlanders zou 20 % een vorm van huidkanker ontwikkelen. Bijna 90 % heeft een smeerprobleem. De meeste huidkankerlijders gaan niet aan maar met de aandoening het graf in.

Graduation Show by Minerva Art Academy 2025

De cirkel is rond; de kunststudie is achter de rug en de boeken gaan niet mee naar North Dakota maar worden gedoneerd aan belangstellenden via minibieb ‘Achter Minerva’. De gekleurde tabblaadjes markeren de scriptieonderwerpen. De verplichte lessencyclus ‘The Art of Recycling in The Netherlands’ werpt zijn vruchten af.

Graduation Show

Wat vroeger ‘presentatie van examenwerkstukken’ heette is nu een ‘graduation show’. Door heel Stad wordt eindexamenwerk van Minerva-studenten getoond: Niemeyer, Pictura, Minerva-gebouwen aan Zuiderdiep en Praedinius, Kunstpunt, St. Sign en meer. Indrukwekkend allemaal. Veel installaties, uitgewerkte concepten, industriële vormgeving, microbiologisch onderzoek met ‘bacteria and fungi’ en weinig (fijn) schilderwerk. We zien maatschappelijk engagement, onmogelijke contrasten, oneindige creativiteit en artisticiteit, innovaties. Onze ogen gaan en mond valt open. Verbazing, vragen, bewondering. En valt er ook nog iets te lachen? Zeker. Bijvoorbeeld bij het Instituut voor het Zandkorrel Hoogtebeleid, waarvan de directeur op artistieke wijze aandacht vraagt voor de zeespiegelstijging. Die jongen (directeur van het IZH, M. van der Molen) komt er wel. Meest bijzonder: in Pictura zie ik een jonge vrouw, taxidermist, die geprepareerde dode muisjes liefdevol vult met druppelvormige glazen roze bijouterietjes.

Wat nu?

Traditiegetrouw vraag ik het internationale gezelschap wat ze na Minerva gaan doen. Een phd in Sevilla, hopelijk onderdak bij een vriend in Maastricht, timmerman worden en geperforeerde meubels maken, proberen in de festivalbusiness de felle linoleumprints aan de man brengen, fondsen werven voor onderzoek, met lampenproductie meedoen aan Design Academy in Eindhoven.

Wildplassers

Het jeugdjournaal meldt dat urine wordt gebruikt voor medicijnenonderzoek. En bij grondbemesting. Ik zie gelijk kansen voor studenten MADtech als ik een bierboot zijn gasten zie lozen die een wedstrijdje wildplassen doen. Ik spreek de kap’tein even aan en vraag of ie een groot vaarbewijs heeft. De gemeente belooft extra surveillance.

Bomen, fietsen en tuinen in Stad

Dat de gemeente Groningen druk bezig is met het revitaliseren van de binnenstad (Westerhaven, Pelsterstraat, Haddingestraat) en hard werkt aan een zogenaamd ‘bomenplan’ is algemeen bekend. Wij van binnenstadbuurtvereniging A-Kwartier hebben mogen inspreken over de bomen. Eerst een plenaire sessie in het oude gemeentehuis van Haren en daarna via conceptplannenmakerij langs de meetlat van het ‘Urban Forest Masterplan’. Een van de doelstellingen van het bomenplan voor de volgende dertig jaar is een enorme uitbreiding van boomkruinbedekking.

Fietsentelling

In Stad zijn straten waar drie rijen fietsen staan geparkeerd. Zo goed als in het gelid. Waar ter wereld vind je dat? Zoals fijnstof aan openhaarden en auto’s kleeft, zo haakt frisse lucht aan bomen en fietsen. De gemeente is aan het fietsen tellen geslagen. Alleen met goed gedocumenteerd feitenmateriaal krijgt de autolobby tegengas. Ik voorspel een einde van de dieselprivileges in de binnenstad en een uitbreiding van fietsparkeerfaciliteiten. Mijn hart zegt dat behalve Arjen Lubach het slimme wethoudertrio Wijnja, Broeksma en Van Niejenhuis mijn nota Parkeren in Stad heeft gelezen en mijn conclusies delen.

A-kerktuin

Ondertussen kijk ik om me heen. In onze omgeving komen we er niet bekaaid af. Voor de A-kerk is een aantrekkelijk miniatuurparkje met hoge bomen. De kenner ziet een overeenkomst met de fameuze tuinen van tuinarchitect Piet Oudolf. Gekleurde ijzeren stoeltjes maken het af. Op de grond in het grind de artistieke koperen belijning van de contouren van de vroegere toren.

Binnentuin

Achter ons huis ligt onze met veertien buren gedeelde binnentuin. Delen is het nieuwe hebben. Een oase van groen in een weldadige rust. De tuin lijkt op een hofje, maar is – helaas – ontoegankelijk voor derden. We onderhouden de tuin gezamenlijk, organiseren eens per jaar een maaltijd met zijn allen en proberen naar elkaar om te kijken. Met vier jonge gezinnen erbij is het geen knarrenhof. De huizen, alle met drie trappen, spotten met het achterhaalde begrip levensloopbestendige traploze huizen.

Minervatuin

Schuin tegenover ons, voorbij de majesteitelijke boomreuzen of reuzenbomen is de smalle Minervatuin. Een strook groen tussen het water van de A en de monumentale school, nu in gebruik als expositieruimte van eindexamenwerk. Enkele leden van onze vereniging Pomppleintuin kregen het voorrecht om als sleutelhouder te mogen fungeren.

SkinVision V

(Vooraf: in mijn SkinVision-reportages leg ik vast wat me overkomt in de wereld van specialist en huisarts.)

Communiceren

Bij ziekenhuizen komt het aan op communiceren. Doen wat je zegt en zeggen wat je doet. Martini kondigt telefoongesprekken aan via e-mail. Deze week krijg ik er drie.

De apotheker

Het verbaast de pil dat ik als bijna zeventiger geen medicijnen slik. Dat gaat wat veranderen. Ik krijg het advies om naast paracetamol wat naproxen bij de drogist in te slaan. Google leert dat beide pijnstillers graag samen hun pijnstillend kunstje doen.

De anesthesist

Het tweede telefoontje is van de anesthesist, ik sta bij de zelfscan van AH, en het telefoontje levert wat verwarring op. Net als ik de zesde Leffe Blond aantik, die zijn in de Bonus deze week, vertelt ze dat ik voor een ruggenprik kan kiezen, evt. met ‘een roesje’. Bij ‘roesje’ denk ik aan een zwoele avond onbezorgd bier drinken op het dakterras, maar hier betekent het lichte verdoving. Nou ja, dus toch hetzelfde. Ik meen me te herinneren dat de chirurg (in opleiding) sprak van algehele narcose. Maar als ik iets te kiezen heb, wil ik de ruggenprik. Mèt roesje. Maar ik wil er nog over nadenken. Ga ik zondag doen tijdens een SpaakMastersritje.

Atropine

In een bui van openhartigheid (gek hoe witte jassen bij mij altijd uitnodigend zijn om vertrouwelijke info te delen) vertel ik haar dat ik in het verleden, bij een meniscusoperatie een wat vervelende ervaring had. Na de ingreep, het zal voorjaar 2005 zijn geweest, de brem bloeide uitbundig en in Emmen werd gebouwd aan Utopolis, we hadden de jongens de eerste Harry Potter beloofd, lag ik bij te komen op een ontwaakkamertje. Mij was verteld dat de verdoving langzaam uit mijn lijf naar beneden zou wegzakken. Maar wat gebeurde? Ik voelde mijn hartslag dalen en de verdoving kroop in mijn lijf omhoog. Belletjes, piepjes en lampjes alarmeerden een snor die boven de bedrand kwam kijken. Ik zal zijn kordate commando nooit vergeten: ‘Daar moet wat atropine in.’ Zo gezegd zo gedaan en allengs herstelde mijn rikketik zich. Later kwam ik de naam atropine nog tegen in een James Bond-film.

De anesthesist legt uit dat als de operatie zich onder de navel afspeelt, er voor een ruggenprik kan worden gekozen. Ik vraag haar het even met de chirurg (in opleiding) kort te sluiten en hoop dat hij het tentamen ‘verdoven voor snijden’ gehaald heeft. Onenigheid en discussies op D-day kan ik missen als kiespijn.

Opname

Het derde telefoontje is van de afdeling opname. Zes uren voor de operatie niet eten, twee uren ervoor niet drinken en als het kan op tijd komen, graag met een begeleider, van wie men het telefoonnummer wil hebben. Daarover word ik teruggebeld. De eerste nacht na de ingreep begeleid slapen. Twee weekjes niet fietsen.

Heemtuin Muntendam

Even geloof ik haar niet als M zegt dat hier een veld orchideeën staat. W’s ogen worden groot. K en A zetten / nemen respectievelijk hoed en muts af en gaan door de knieën: zo ver het oog reikt: orchideeën. Verder nog strootjes en grassen in ontelbare variaties.

Iets ten zuidoosten van Sappemeer waar we, certifikoatholders Grunnegers, onze eerste excursie met de cursisten Grunneger Konversoatsie hebben, ligt de heemtuin van Muntendam. Niet enkel een tuintje met theeschenkerij, hier ook paviljoen geheten, maar een hectares groot wandelgebied met een diversiteit aan vegetatie, insecten en vogels, die ik niet eerder zo mooi gegroepeerd bij elkaar aantrof.

Rust en ruimte, zo ver je kan voelen, zien, ruiken, horen en tasten. Slingerende paadjes, lichte hoogteverschillen, opzettelijk verwaarloosde muurtjes, kunst in plexiglazen vitrines, slootjes, vijvers en orchideeën. Als je bent opgegroeid met geraniums, gulden roede, petunia’s, narcissen, perenbomen en in de verte een plant die door je oom die de tuin deed fluisterend ‘edelweiss’ werd genoemd, had het woord orchidee altijd een onbereikbare, magische status. Later kwam de gekweekte orchidee vaker voor via de markt en zag je ze – altijd in tweetal – achter de ramen verschijnen. Ik stuur C die vandaag een zeiscursus in Zeist geeft een handvol foto’s en zij, botanica in elke vezel, herkent nog de wateraardbei.

De heemtuin in Muntendam is een werkervaringsgebied begeleid door WerkPro. Je houdt je hart vast, mocht de werkbegeleider op een morgen zeggen: ‘berkentrekken vandaag’. Er zijn velden waar miniatuurberken op overwoekerende veldtocht zijn geslagen, gelukkig dat de lelietelersmores hier ver te zoeken is.

Heb je tijd over, bezoek dan Scheepswerf Wolthuis in Sappemeer (en meld je aan als vrijwilliger opdat de openingstijden verruimd kunnen worden tot en met de zaterdag), wandel langs het haventje, een octogonaal kerkgebouw en bekijk de gelaatstrekken van Aletta Jacobs, de eerste tot de uni toegelaten vrouw, eerste arts en eerste gepromoveerde. Uit Sappemeer dus.

SkinVision IV

Klimmers

(Vooraf: in mijn SkinVision-reportages leg ik vast wat me overkomt in de wereld van specialist en huisarts.) Per fiets komen twee ploegjes klimmers in de straat. Ze spreiden een bedje uit voor de stenen pilaar achter Minerva en beklimmen de menhir om de beurt. Een minimaal matrasje op de grond en assistenten die klaar staan. Na hun truc verdwijnen ze bliksemsnel naar een nieuwe uitdaging. Ik vraag één van hen wat de risico’s zijn. ‘Gaat meestal goed, zeker 90 à 95 %.’ Waar hoorde ik dat percentage eerder?

Voorinformatie

Martini informeert me over de opname op 4 juli, vraagt of ik in geval van nood gereanimeerd wil worden en legt e.e.a. uit over een nucleair geneeskundig onderzoek met contrastvloeistof,  voorafgaand aan de operatie. Ik weet nu wat een ‘sentinel node’ is: een schildwachtklier, de eerste lymfeklier voorbij het gezwel. Deze lymfeklier wordt verwijderd en onderzocht op tumorcellen. Daarna volgen foto’s om na te gaan of de lymfeklier pluis of niet pluis is.

Mijn lijf

Zoals ik in 2019 hier mijn ervaringen beschreef terwijl ik elke dag 50 kms fietste wil ik nu nagaan of een melanoom iets met me doet. Ik voel er niets van. Mijn conditie is goed. In mijn eentje kan ik rustig 40 kms fietsen met een vaartje van 27,4 en in de groep nog wat vlotter. Ik weeg me dagelijks en zit met een gewicht tussen 78,5 en 77,5 op een supergroen bmi van 22,2 nog net niet op mijn optimum. Ik slaap met acht à negen uur per nacht, goed. En overdag altijd een hazenslaapje.

Informatie

Mijn – tot nu toe zeer geslaagde – weg langs de witte jas, de snijder en wie weet later de pil, beschrijf ik hier. Met veel plezier. Of ik wel alles óp straat’ moet gooien wordt me wel eens gevraagd. Een enkeling vraagt of ik nog een samenvattinkje op de groepsapp kan plaatsen. Mijn contacten buiten de mail om, zitten bij WhatsApp, Telegram en Signal. Iemand wees me op de kans SkinVision te benaderen voor reclamerevenuën. Tot 4 juli is er, medisch gezien, weinig te beleven.

Activiteiten

Binnenkort ons lustrumpartijtje van buurtvereniging A-Kwartier. Nog binnenkorter het feestje in de stationshal van Hoofdstation Groningen. Ik noem het nog maar een keer: De NS organiseert enkele culturele dagen in de stationshal van Nederlands fraaiste stationsgebouw. In mij is iemand gevonden die in drie talen poëzie voordraagt. In het Fries wordt jeugdliefde Atsje bezongen. Een Groningse primeur wordt een vers waarin een staartbot, waterschap, Ramadan en een sport-b.h. bij elkaar komen. In het Nederlands gaat ’t over (o.a.) de wulpse Drentsche Aa met sensuele lissen, M. Verstappen en Zomertuin, vanwege onverwacht bezoek oplopende spanning in een zomertuin (dit vers in mijn moedertaal en het Nederlands). Data: 21, 22 juni en 5 en 6 juli. Klaas de drietalenman/drijtoalenkerel/trijetalenjongen: 22 juni van 12.45 – 13.00 uur.

Oog-T.V.: Twee weekenden muziek en dans in lege stationshal van Hoofdstation https://www.oogtv.nl/2025/06/twee-weekenden-muziek-en-dans-in-lege-stationshal-van-hoofdstation/ 

 

SKINVISION III

De voorbereiding

(Vooraf: in mijn SkinVision-reportages leg ik vast wat me overkomt in de wereld van specialist en huisarts.) Hoe bereid je je voor op de operateur? Je googelt wat, je praat met deze en luistert naar gene. Na het minisymposium dermatologie in Bilthoven enkele jaren geleden denk ik al veel te weten. Een beginnend specialist begint over contrastvloeistofgebruik bij snijrandeninspectie. Een oud-huisarts en een oud-dermatoloog stellen me gerust: even aankijken en afwachten. Een student-specialist wijst me op het verschil tussen oude en jonge dokters: veel ervaring en het risico op tunnelvisie tegenover weinig ervaring en buiten de lijnen kunnen denken. Iemand zegt: de kans dat een dokter van het operatieprotocol gaat willen afwijken is bij een mannelijke witte jas kleiner dan bij een vrouwelijke. Interessant. Van een lymfen-ervaringsdeskundige hoor ik iets over een medische misser; de specialist kwam niet via de reguliere maar wel via een omweg de lymfenaantastingen tegen. Bijvangst in optima forma. Samen met de huisarts, twee dermatologen in het Martini kom ik al op zeven medisch geschoolden die me de weg wijzen. Ik neem me voor het onderwerp bij mijn zondagse wielreninspanning onbesproken te laten, voorlopig weet ik genoeg.

De wachtkamer

De wachtkamer is dun bevolkt. Tot mijn plezier zit ik naast een scheidingswandje met een Groningse tekst over de hygiëne van een stuk of wat decennia geleden: Schonen / Ain moal in weke / op zundag maistens / veurdat veziede / binnenstovvelt.

De chirurg

Het gesprek met de chirurg (in opleiding) en een klein lichamelijk onderzoek op 3 juni verlopen goed.  Binnen zes weken krijg ik een oproep voor een operatie. Om het litteken op de knie na de excisie van de dermatoloog wordt een wat ruimer stuk huid weggesneden. In 90 à 95 procent van de gevallen is dan alle kwaadaardigheid weg en zijn er geen uitzaaiingen. Om dat te checken wordt ook de meest nabij gelegen lymfeklier (de precieze locatie daarvan wordt met contrastvloeistof vastgesteld) in de lies operatief weggehaald. Mijn vraag of dat niet per CT-scan kan, wijst hij af. Beide (kleine) ingrepen gaan in één operatie. Duurt ongeveer een uur en gaat onder volledige narcose. De vraag van vrouw I of er na de ingreep geracefietst mag worden, beantwoordt de man beslist maar vriendelijk ontkennend. Twee weken zeker niet. Vervolgens vul ik bij anesthesie nog een uiterst volledige digitale vragenlijst in (incl. mijn rookgedrag van mijn 12e tot mijn 35e ).

JOURNAAL week 23 (2025)

ZONDAGMORGEN Drie weken niet fietsen met de Masters van Spaak kost mijn longen- en spiersysteem de nodige inspanning. We jakkeren naar Een en doen 60 kms met 27,5/u. Vanwege 20+ pedaleurs wordt de groep gesplitst. Ik kies voor de tweede, iets rustiger serie.

ZONDAGMIDDAG We bezoeken Museum Kosmotroniks in Westerhavenstraat, waar twee kunstenaars exposeren. Harry Arling met Kosmotroniks in plastic en Wijnand Driessen met architectuur in karton. Arling interviewde ik ooit als Stamgast in het A-Kwartier. Driessen werkt tot in millimeters met architecturale kartonnen sculpturen: een Parijs of Japans huis, compleet met superfijn uitgesneden details, alles in kartonkleur. Arling gebruikt plastics en materialen uit de oude doos die hij tot ingenieuze, magische, sprookjesachtige, kleurrijke (soms mechanische) objecten transformeert, veelal met beweegbare onderdelen en uitgekiende lichtjes. Het Groninger Museum kocht werk van Arling aan.

ZONDAGNAMIDDAG Bij Kunsthandel Peter ter Braak exposeert Liesbeth Annokkee met expressief grof gepenseelde koppen, alle zonder titel maar met prijskaart, variërend van € 900,-,  € 1.200,- tot € 2.800,- . Verbaasde, denkende, vragende, serieuze koppen. Bruinen en grondkleuren overheersen. De kunstenares licht toe dat de kijker zijn zintuigen moet inzetten opdat cynisme  wordt ingeruild voor empathie. De opening wordt verricht door dichter Rodaan Al Galidi. We nemen de tijd om onszelf in de niet gedetailleerde koppen te herkennen. Bij vlagen lukt dat.

MAANDAG Klaastaal levert een bijdrage aan het boek ‘Vier handen, één brein’ van Sybolt en Euwe de Jong. De boekpresentatie (zaterdag 20 september om 15.00 uur in de Martinikerk te Groningen) gaat samen met de presentatie van de tiende Bach-cd van de broers. In 2006 begonnen ze met de cd-productie van Bachs cantatewerk; vierhandig, mind you. Nu, twintig jaar verder is de serie compleet. Als warme liefhebber van orgelmuziek / Bach / De Jong & De Jong schreef ik ettelijke malen over hun supermuziek. Sander Zwiep, presentator van Maatwerk op NPO Klassiek, presenteert de feestelijke mijlpaal. Ben benieuwd wat ze van mij hebben gekozen.

DINSDAG Deze dag noem ik kleinegebarendag. Een familielid voorbij de tweede graad stuurt me om 07.00 uur een klaverblaadje ter voorbereiding op mijn gesprek met de chirurg. Wat een attent, fijn, klein gebaar. En wat onverwacht. Vrouw I raadt de afzender niet. De chirurg (in opleiding) in het Martini wijst me de weg in kwaadaardigehuidkankerland. Binnen zes weken word ik gesneden. Voor meer info: zie SkinVision III. Het kleine gebaar hier: een Gronings versje in de wachtkamer.

WOENSDAG De NS organiseert enkele culturele dagen in de stationshal van Nederlands fraaiste stationsgebouw. In mij is iemand gevonden die in drie talen poëzie voordraagt. In het Fries wordt jeugdliefde Atsje bezongen. Een Groningse primeur wordt een vers waarin een staartbot, waterschap, Ramadan en een sport-b.h. bij elkaar komen. In het Nederlands gaat ’t over (o.a.) de wulpse Drentsche Aa met sensuele lissen, M. Verstappen en Zomertuin, vanwege onverwacht bezoek oplopende spanning in een zomertuin (dit vers in mijn moedertaal en het Nederlands). Data: 21, 22 juni en 5 en 6 juli. Klaas de drietalenman/drijtoalenkerel/trijetalenjongen: 22 juni van 12.45 – 13.00 uur.